Tijdens zijn colleges Burgerlijk recht III gaf mijn latere promotor, prof. mr. C.J.H. Brunner (dus: C.J.H.B. resp. CJHB in de NJ), steevast aanwijzingen omtrent het gebruik van de Nederlandse taal. Met deze rubriek,Taallesjes voor juristen, is beoogd om de fakkel over te nemen.

Foto.VanDaleApp - - van Swaaij Cassastie & Consultancy - cassatieadvocaat - cassatie advocaat

Eergisteren stelde ik cassatieberoep in. Mijn cassatiemiddel bestreed onder meer een oordeel dat tot uiting gebracht was met een volzin in een uitvoerige, uit veel volzinnen bestaande rechtsoverweging.

Die volzin ging direct vooraf aan de voorlaatste volzin van deze rechtsoverweging. Het leek me nuttig om dat er maar even bij te vermelden.

Maar hoe doe je dat kort?

Zo is mijns inziens te lang: „{…} het oordeel in rov. 4.7 (volzin direct voorafgaand aan de voorlaatste volzin) {…}”.

Zou niet gewoon kunnen, vroeg ik mij af,  „{…} het oordeel in rov. 4.7 (voorvoorlaatste zin) {…}”?

Maar bestaat het woord voorvoorlaatste?, zo vroeg ik mij af.

Van Dale

Wat is onze taal toch mooi. Op mijn iPhone heb ik de complete Van Dale. Het woord voorvoorlaatste staat er gewoon in.

Dat woord heb ik daarom maar gewoon gebezigd in het cassatiemiddel.

Het vorige Taallesje voor juristen

Een link naar de vorige aflevering van deze rubriek staat HIER.