Noviomagus. Sinds jaar en dag wordt aan een procespartij die niet na de eerste termijn van zes weken die daarvoor bepaald is een memorie van grieven of antwoord neemt ambtshalve nog een termijn van vier weken daarvoor gegeven. Zo bepaalde de veertiende versie van het Landelijk procesreglement voor civiele dagvaardingszaken bij de gerechtshoven in art. 2.17 onder het kopje ‘Uitstel: ambtshalve’:  „Van de in artikel 2.16, eerste zin, genoemde termijnen wordt eenmaal een ambtshalve uitstel verleend van vier weken en in kort geding van twee weken.” Art. 2.16 van dit procesreglement bepaalde onder het kopje ‘Termijnen voor memories en akten’ in zijn eerste volzin: „Voor memorie van grieven, memorie van antwoord en memorie van antwoord in het incidenteel hoger beroep geldt een termijn van zes weken en in kort geding een termijn van vier weken.”

Een fout 

Sinds 1 januari jl. geldt de vijftiende versie van dit reglement. Wat bepaald was in art. 2.16, staat thans in art. 2.18.  Aansluitend bepaalt art. 2.19 onder het kopje ‘Uitstel ambtshalve’ (onderstreping toegevoegd): „Van de in artikel 2.16, eerste zin, genoemde termijnen wordt eenmaal een ambtshalve uitstel verleend van vier weken en in kort geding van twee weken.”

Dit in art. 2.19 genoemde art. 2.16 heeft als kopje ‘Verandering of vermeerdering van eis’ en bepaalt in zijn eerste volzin: „Een partij die haar eis of de gronden daarvan vermeerdert of verandert, vermeldt dit op duidelijk kenbare wijze in de titel van haar processtuk.” Anders derhalve dan art. 2.19 suggereert, wordt in de eerste volzin van art. 2.16 helemaal geen termijn genoemd, laat staan dat daar termijnen genoemd worden, en laat staan dat het zou gaan om een termijn voor het nemen van een memorie.

Wat de fout zo storend maakt

Derhalve staat thans in het procesreglement niet meer dat ambtshalve een uitstel van vier weken verleend wordt. Dat is storend, want een bepaling dat ambtshalve uitstel verleend wordt, is voor ons advocaten van cruciaal belang. Weliswaar zal een redelijke uitleg of toepassing van het reglement inhouden dat wij (gewoon) mogen rekenen op een ambtshalve verlening van het uitstel, maar het zou er met zoveel woorden in moeten staan. De werkdruk van gerechtshoven wordt bovendien alleen maar groter indien advocaten zekerheidshalve toch maar vier weken uitstel gaan vragen.

Petitum

Gerechtshoven: herstel de fout gauw! En wees transparant: zet in de inleiding van de zestiende versie van het reglement dat een fout geslopen is in de vijftiende versie en dat om deze reden met spoed deze zestiende versie vastgesteld en in werking getreden is.