
De lucht boven Noviomagus, Nijmegen-Oost, gisteren om 18.28 uur (foto SvS, iPhone 5s)
Wij wisten al dat wij, advocaten, een bijzonder soort mensen zijn. Dat wij een bijzonder species zijn van het genus mens, is nu ook empirisch onderbouwd. In de fraaie bundel Capita Civilologie (onder redactie van Willem van Boom, Ivo Giesen, en Verheij) staat een fraaie bijdrage van L. Visscher met als opschrift “Gedrag van advocaten”.
Constateringen
Voornoemde bijdrage bevat enkele grappige en bovendien empirisch onderbouwde constateringen (zie vooral par. 4.2).
Ik noem er een paar:
– “Ten eerste lijken advocaten competitiever te zijn dan veel andere beroepsgroepen”;
– “Vrouwelijke advocaten zijn veel competitiever en agressiever dan vrouwelijke artsen”;
– “Het testosterongehalte van vrouwelijke advocaten is hoger dan van vrouwelijke verpleegkundigen”; en
– “Advocaten hebben hogere testosterongehaltes dan andere juristen”.
Wat te denken geeft
Ook de volgende bewering geeft te denken:
“Advocaten hebben een sterke prestatiedrang en een relatief zwakke behoefte aan vriendschap, liefde en gebondenheid. Ook lijken ze relatief veel waarde te hechten aan financiële en economische factoren en relatief weinig aan immateriele, emotionele factoren. Een interessante conclusie die aan dit laatste aspect wordt verbonden, is dat advocaten zich wel eens meer zouden kunnen laten leiden door de materiële aspecten van een zaak, terwijl hun client misschien vooral waarde hecht aan immateriele aspecten.”
Belangrijke bevinding
De conclusie van het artikel is dat de persoonskenmerken van advocaten (die anders zijn dan die van de client) de communicatie met cliënten kunnen bemoeilijken en kunnen impliceren dat de advocaat vooral nadruk legt op aspecten die voor de client minder van belang zijn.
Kortom: lezenswaardig artikel!
Overigens
In het boek staan overigens ook andere aardige bijdragen op het grensvlak van empirie en privaatrecht. Zo onder meer over het deelgeschil en bestuurdersaansprakelijkheid.

Arlette Schijns is advocaat bij Beer advocaten te Amsterdam. Zij studeerde in 1999 cum laude af aan de Radbouduniversiteit met de hoofdrichtingen burgerlijk recht en strafrecht. Arlette verricht naast haar advocatenpraktijk promotieonderzoek aan de VU naar de compensatie van misdrijfschade. Zij is redacteur van het Tijdschrift Vergoeding Personenschade, bestuurslid van de Stichting Grotius Academie en de Nederlandse Juristen-Vereniging. Daarnaast doceert en publiceert zij geregeld over het aansprakelijkheids- en schadevergoedingsrecht.
Reacties
Ferdinand Schneider
Wat een leuk stukje over het gedrag van advocaten. Die constateringen lijken me raak, maar ik weet het niet zeker. Ik ga het artikel zeker helemaal lezen.